Hagar Peeters

Waar zij in haar debuutbundel (ondanks wat de titel misschien suggereert) vooral nog schreef over de liefde in al haar vormen, verkent Peeters in haar nieuwere werk andere thematische lijnen. Niet dat de liefde verdwenen is uit het werk, integendeel: deze wordt slechts in perspectief geplaatst. Haar nieuwste bundel, De schrijver is een alleenstaande vrouw (2019), is het eerste deel van een drieluik waarin de positie van de alleenstaande moeder zo getrouw mogelijk wordt beschreven. Peeters, die vroeger vurig wenste nooit alleen een kind op te hoeven voeden, vond zichzelf met de geboorte van haar zoon toch in deze positie. Volgens de dichter is de beeldvorming rondom het eenoudergezin onderbelicht en incompleet, en zij gebruikt haar gedichten om dit beeld verder in te kleuren.

Over poëzie zegt de auteur: ‘de taal van het gedicht moet niet moeilijk zijn, maar de inhoud wel.’ Vaak laat Peeters zich inspireren door verhalen over onrecht of over lijden, voornamelijk dat van vrouwen, zoals in haar gedicht over Elisabeth Fritzl, die in een Oostenrijkse kelder zeven kinderen baarde van haar vader. Peeters debuutroman Malva (2015) behandelt het verhaal van Malva Marina Reyes, de half-Nederlandse dochter van Pablo Neruda die Malva en haar moeder nooit heeft erkend. De roman werd vertaald in onder andere het Engels, Spaans, Arabisch en het Kroatisch, en in 2016 ontving Peeters voor het werk de Fintro Literatuurprijs. Ze duikt in de moeilijke geschiedenissen van deze vrouwen, maar ook in die van zichzelf. Ze schrijft confronterende gedichten waarin ze moeilijke herinneringen – zoals grensoverschrijdend gedrag van mannen gedurende haar jeugd – niet uit de weg gaat. Zoals Afred Schaffer in de Groene Amsterdammer schreef over haar nieuwste bundel: ‘Het schrijven wordt ingezet om dat wat niet kan worden teruggehaald, in elk geval op te roepen.’

Zelf omschrijft ze het in haar gedicht De proeftuin des levens als volgt:
‘Voor een dichter is / zijn eigen leven proeftuin. / Thuis heeft hij zijn laboratorium / van ervaringen.’

Uit dat laboratorium put Peeters volop: directe, rake regels en humor kenmerken haar gedichten, maar soms ook plechtigheid en eerbied wanneer het werk dat gebiedt. Bibliografie

Poëzie
Genoeg gedicht over de liefde vandaag, Podium, Amsterdam, 1999
Koffers zeelucht, De Bezige Bij, Amsterdam, 2003
Nachtzwemmen, Perdu, Amsterdam, 2005
Loper van licht, De Bezige Bij, 2008
Wasdom, De Bezige Bij, Amsterdam, 2011
De schrijver is een alleenstaande moeder, De Bezige Bij, Amsterdam, 2019

Proza
Malva, De Bezige Bij, Amsterdam, 2015
Gerrit de Stotteraar, De Bezige Bij, Amsterdam, 2016