Poetry International Poetry International
Gedicht

Morten Søndergaard

COUNTDOWN

and within the block of marble the sculpture lies waiting
and within it another
      and another
and where am I to stop
when doubt remains
the words lie
      in my pen
it feels good
to perish
      in this sea of words

but you whisper to me
no one manages to complete
      what they were busy doing
that love is a single
unfinished wish to go on
      you lift me up
you let me fall
perhaps it is death
      you want to walk

perhaps what I seek
      within the white marble
hovers like fear frozen
in a jumper’s eye
      suicidal silence momentarily falls
then suddenly nothing
my arm falls asleep
      outside my body

perhaps it is like the rolled-up darkness
      under a street lamp
or something else
and far more complex
      my father, for example, in an epileptic fit
what his eyes see
when they roll white

I try to raise him again
      entangled in the darkness
so heavy a body can be
      when it transforms
into strange
      soft stone

or is it
      my small white mother
who has come
      to strangle me
there is almost nothing left

a double-headed angel
that melts everything
      with its
introverted look

two people
      in a peculiar
union

a mountain
      attempting

to walk

AFTELLEN

En het beeld zit al in de steen
en daar binnenin een ander
        en nog een en waar zal ik ophouden
er is alleen twijfel over
de woorden zitten
        in mijn balpen
het is een goed gevoel
te gronde te gaan
        in deze zee van woorden
 
maar jij fluistert naar me
dat niemand tijd heeft om af te maken
        waar ze mee bezig waren
en dat liefde één onafgebroken
wens is om door te gaan
        je zet me overeind
je laat me vallen
misschien is het wel de dood in eigen persoon
        die je probeert te laten lopen
 
misschien is wat ik zoek te vinden
        in deze witte marmeren monoliet
die zweeft als gestopte angst
midden in een zelfmoordsprong
        suizende stilte nu
plotseling niets
mijn arm die slaapt
        buiten mijn lichaam
 
Misschien als opgerold donker
        onder een lantaarnpaal
of iets anders
veel gecompliceerders
        mijn vader b.v. onder een epileptische aanval
wat hij ziet als zijn ogen
        het wit naar buiten draaien
 
ik probeer hem weer overeind te zetten
        in het donker verward
zo zwaar kan een lichaam zijn
        als het verandert
in een vreemd
zachte steen
 
of is het
mijn kleine witte moeder
die gekomen is
        om me te wurgen
er is bijna niets meer over
 
een engel met twee hoofden
die alles smelt
        met zijn
naar binnen gekeerde blik
 
twee mensen
        in wonderlijke
vereniging
 
een berg
        die probeert
 
        te lopen

NEDTÆLLING

Og inde i stenen findes skulpturen allerede
og inde i den en anden
          og en anden
og hvor skal jeg standse
for kun tvivlen står tilbage
ordene ligger
          i min kuglepen
det føles godt
at gå til grunde
          i dette hav af ord

men du hvisker til mig
at ingen når at færdiggøre
          det de var i færd med
og at kærlighed er ét eneste
uafsluttet ønske om at blive ved
          du rejser mig
du lader mig falde
måske er det døden selv
          du prøver at få til at gå

måske findes det jeg søger
          i den hvide marmormonolit
der svæver som en standset angst
midt i et selvmordspring
          susende stille nu
pludselig ingenting
min arm der sover
          uden for min krop

måske som sammenrullet mørke
          under en lygtepæl
eller noget andet
og langt mere kompliceret
          min far f. eks. i et epileptisk anfald
hvad er det han ser når hans øjne
vender det hvide ud

jeg prøver at rejse ham igen
          filtret ind i market
så tung en krop kan være
          når den forvandler sig
til en mærkelig
          blød sten

eller er det
          min lille hvide mor
der er kommet
          for at kvæle mig
der er næsten ingenting tilbage

en dobbelthovedet engel
der smelter alt
          med sit
indadvendte blik

to mennesker
          i en underlig
forening

et bjerg
          der forsøger

at gå
Close

AFTELLEN

En het beeld zit al in de steen
en daar binnenin een ander
        en nog een en waar zal ik ophouden
er is alleen twijfel over
de woorden zitten
        in mijn balpen
het is een goed gevoel
te gronde te gaan
        in deze zee van woorden
 
maar jij fluistert naar me
dat niemand tijd heeft om af te maken
        waar ze mee bezig waren
en dat liefde één onafgebroken
wens is om door te gaan
        je zet me overeind
je laat me vallen
misschien is het wel de dood in eigen persoon
        die je probeert te laten lopen
 
misschien is wat ik zoek te vinden
        in deze witte marmeren monoliet
die zweeft als gestopte angst
midden in een zelfmoordsprong
        suizende stilte nu
plotseling niets
mijn arm die slaapt
        buiten mijn lichaam
 
Misschien als opgerold donker
        onder een lantaarnpaal
of iets anders
veel gecompliceerders
        mijn vader b.v. onder een epileptische aanval
wat hij ziet als zijn ogen
        het wit naar buiten draaien
 
ik probeer hem weer overeind te zetten
        in het donker verward
zo zwaar kan een lichaam zijn
        als het verandert
in een vreemd
zachte steen
 
of is het
mijn kleine witte moeder
die gekomen is
        om me te wurgen
er is bijna niets meer over
 
een engel met twee hoofden
die alles smelt
        met zijn
naar binnen gekeerde blik
 
twee mensen
        in wonderlijke
vereniging
 
een berg
        die probeert
 
        te lopen

COUNTDOWN

and within the block of marble the sculpture lies waiting
and within it another
      and another
and where am I to stop
when doubt remains
the words lie
      in my pen
it feels good
to perish
      in this sea of words

but you whisper to me
no one manages to complete
      what they were busy doing
that love is a single
unfinished wish to go on
      you lift me up
you let me fall
perhaps it is death
      you want to walk

perhaps what I seek
      within the white marble
hovers like fear frozen
in a jumper’s eye
      suicidal silence momentarily falls
then suddenly nothing
my arm falls asleep
      outside my body

perhaps it is like the rolled-up darkness
      under a street lamp
or something else
and far more complex
      my father, for example, in an epileptic fit
what his eyes see
when they roll white

I try to raise him again
      entangled in the darkness
so heavy a body can be
      when it transforms
into strange
      soft stone

or is it
      my small white mother
who has come
      to strangle me
there is almost nothing left

a double-headed angel
that melts everything
      with its
introverted look

two people
      in a peculiar
union

a mountain
      attempting

to walk
Sponsors
Gemeente Rotterdam
Nederlands Letterenfonds
Stichting Van Beuningen Peterich-fonds
Ludo Pieters Gastschrijver Fonds
Lira fonds
Partners
LantarenVenster – Verhalenhuis Belvédère