Poetry International Poetry International
Dichter

Shoichiro Iwakiri

Shoichiro Iwakiri

Shoichiro Iwakiri

(Japan, 1959)
Biografie
Shoichiro Iwakiri (1959) doceert Franse letterkunde aan de prestigieuze International Christian University te Tokyo. In zijn academische hoedanigheid legt hij bijna monomane interesse aan de dag voor het werk van Charles Baudelaire, maar in zijn eigen gedichten lijkt hij door en door Japans, met uitgepuurde lyrische waarnemingen van de seizoenen, de mens en de natuur. Zijn werk staat in de geest veel dichter bij de ‘echte’ haiku dan de onophoudelijke stroom 5/7/5-lettergrepige producten van fanatieke haikudichters.
Iwakiri brengt observaties die haast ongemerkt veranderen in metaforen ("de maan lijkt weg te spoelen in het schuimen van druivenpitten"). Of andersom, soms begint hij met vage bedenkingen of herinneringen die zich gaandeweg ontpoppen tot een ding in de werkelijkheid of een poëtisch aforisme. Zo leidt de anekdote van een bezoek aan een oudgeworden moeder tot de vaststelling "zo zit ze daar, als een paarse bloembak die door dauw is begonnen te rotten".

De opgeroepen gemeenplaats is die van het zen-boeddhisme, wars van het hectische leven in een stad als Tokyo. Het is een fenomeen dat zich wel vaker heeft voorgedaan in de Japanse literatuur (Yasunari Kawabata is wellicht het bekendste voorbeeld): door een intense studie van de westerse literatuur stelt de Japanse persoonlijkheid zich scherper. Iwakiri schept een louter literaire ruimte die bescherming biedt tegen de chaos van alledag en laat "zien wat broos was, weten wat bedreigd werd."  

Die broze en bedreigde dingen blinken op in zonlicht dat door de bladeren schijnt, om met een halve titel van Iwakiri te spreken. Dan staat er plots ‘uit vingers losgelaten vloeit een zandkorrel als water naar een duistere ster.’ Elke lettergreep heeft zijn onvervangbaar gewicht in een subtiel klankspel, een minimalistische oefening die begeleid zou kunnen worden door het stromen van een kreek, het druppelen van regen of een muziekstuk voor koto, een klassiek Japans snaarinstrument. Deze poëzie eist dan ook complete ontvankelijkheid van de lezer of luisteraar, en resoneert pas ten volle als men zich realiseert dat de woorden zelf broos en bedreigd zijn. Het is een bewustwording die paradoxaal werkt, het verlangen naar die kleine dingen en kwetsbare woorden versterkt, en daarmee een hartverwarmende hulde is aan "zeepok en waterluis, op de rotsachtige kust."
© Jan Lauwereyns (Translated by John Irons)
Shoichiro Iwakiri was te gast op het 39e Poetry International Festival in 2008. Deze tekst werd ter gelegenheid van dat optreden geschreven.
Sponsors
Gemeente Rotterdam
Nederlands Letterenfonds
Stichting Van Beuningen Peterich-fonds
Ludo Pieters Gastschrijver Fonds
Lira fonds
Partners
LantarenVenster – Verhalenhuis Belvédère