Poetry International Poetry International
Gedicht

Antjie Krog

NARRATIEF VAN DIE DIAMANT SORTEERDER

VERTELLING VAN DE DIAMANTSORTEERDER

‘waar ik ook kijk, overal is steen

en als je goed kijkt dan zie je hem
en je hele lijf weet: diamant
ik ben Jan Links uit Kommagas
ik ben 42
ik werk vanaf mijn zestiende in de mijnen
mijngeld is bloedgeld

hier heb ik hem de eerste keer gezien
een spoeldiamant – die blonk zo bijzonder
het leek alsof iemand hem al had bewerkt
al is hij bruin of groen of roze
de schittering verblindt je compleet
aan de kleintjes ga je twijfelen
van de grote wéét je het

smokkelen? in andere mijnen misschien, maar niet in het Richtersveld, hier niet’

‘natúúrlijk wordt er gesmokkeld ja,’
zegt Kiewiet Cloete uit Kuboes
‘je kunt heel goed smokkelen
als je zenuwen maar sterk genoeg zijn
want als je steelt, dan gebeurt het op de sorteertafel
je hoest, je laat je een beetje voorover vallen boven het gruis
dan, met de lijm aan de rand van je handpalm, pik je de diamant eruit
en jij en de anderen kijken vanuit hun ooghoeken toe
de bewaking, de mannen om je heen en iedereen weet dat er iets is gebeurd
maar je moet waarachtig wel heel snel zijn’

NARRATIEF VAN DIE DIAMANT SORTEERDER

‘as my oë kyk, kyk my oë klip

en jy kyk en jy sien hom
en jou hele lyf sê: diamant
ek is Jan Links van Kommagas
ek is 42 jaar oud
ek werk van my sestiende jaar op die myne
myngeld is bloedgeld

hier het ek hom die eerste maal kom sien
’n spoeldiamant – so besonderlik blink hy
sy vorm of iemand hom al beetgehad het
al is hy bruin of groen of pienk
jy voel die blink jou lyf blindmaak
aan die kleintjies twyfel jy
die grotes wéét jy

smokkel? by anders, maar hier in die Richtersveld, nié’.

‘natúúrlik smokkel mens ja,’
sê Kiewiet Cloete van Kubus
‘mens kan lekk-ker smokkel
as die sienewies net hou
want steel, steel jy op die sorteertafel
jy hoes, jy val so effens oor die gruis
die gom aan die rand van jou palm tel die diamant op
en jy en ammil kyk so uit die wit van hulle oogkegels
die sekuriteit, die manne saam met jou, almal weet iets het gebeur
maar jy moet wragtig vinnig wees’
Close

VERTELLING VAN DE DIAMANTSORTEERDER

‘waar ik ook kijk, overal is steen

en als je goed kijkt dan zie je hem
en je hele lijf weet: diamant
ik ben Jan Links uit Kommagas
ik ben 42
ik werk vanaf mijn zestiende in de mijnen
mijngeld is bloedgeld

hier heb ik hem de eerste keer gezien
een spoeldiamant – die blonk zo bijzonder
het leek alsof iemand hem al had bewerkt
al is hij bruin of groen of roze
de schittering verblindt je compleet
aan de kleintjes ga je twijfelen
van de grote wéét je het

smokkelen? in andere mijnen misschien, maar niet in het Richtersveld, hier niet’

‘natúúrlijk wordt er gesmokkeld ja,’
zegt Kiewiet Cloete uit Kuboes
‘je kunt heel goed smokkelen
als je zenuwen maar sterk genoeg zijn
want als je steelt, dan gebeurt het op de sorteertafel
je hoest, je laat je een beetje voorover vallen boven het gruis
dan, met de lijm aan de rand van je handpalm, pik je de diamant eruit
en jij en de anderen kijken vanuit hun ooghoeken toe
de bewaking, de mannen om je heen en iedereen weet dat er iets is gebeurd
maar je moet waarachtig wel heel snel zijn’

NARRATIEF VAN DIE DIAMANT SORTEERDER

Sponsors
Gemeente Rotterdam
Nederlands Letterenfonds
Stichting Van Beuningen Peterich-fonds
Ludo Pieters Gastschrijver Fonds
Lira fonds
Partners
LantarenVenster – Verhalenhuis Belvédère