Poetry International Poetry International
Artikel
In gesprek met Micha Hamel over 'Bewegend doel'

“Ik heb en ben een bewegend doel”

Tineke de Lange
22 januari 2014
“Micha Hamel heeft goud gevonden; als gevonden, zo evident is zijn rijk en muzikaal taaluniversum. Aan de haren sleept hij zichzelf en de lezer langs afgronden van het moderne bestaan. Elke vorm wordt ter discussie gesteld, is een bewegend doel. Hamel bespeelt virtuoos vele registers; ook dat doet hij telkens met een grote vanzelfsprekendheid, tot zijn slechtgezindheid en cultuurpessimisme over het heden aan toe. Die thematiseert hij nooit op een opvallende of opzichtige manier; zijn bundel biedt levende poëzie.” Dat staat in het tussentijdse juryverslag over ‘Bewegend doel’. Ruben Hofma sprak met Hamel over zijn genomineerde bundel.
Waar is ‘Bewegend doel’ mee begonnen?
“Ik heb nooit een plan voor een bundel; een bundel is bij mij een bundeling van wat ik op een bepaald moment af heb. Als ik weer eens een stuk of veertig gedichten heb, doen we daar een kaft omheen en leggen we het in de winkel. Ook als ik begin aan een gedicht heb ik niet het plan om een gedicht te schrijven. Ik begin altijd met een paar woordjes die ik ergens zie of hoor en die me opvallen. Daarmee pruts ik en soms het wordt het iets heel groots en groeit het maar door en door tot een soort van proza en soms blijft het klein en gedicht-achtig. ‘Bewegend doel’ is een heftige bundel geworden. In deze zit meer boosheid en frustratie dan in de vorige bundels. Depressie, verontwaardiging en afscheid, er zitten allemaal heftig gekleurde emoties, nee, gemoedstoestanden in deze bundel.”
 
Waarom is ‘emoties’ niet het goede woord?
“Dan lijkt het alsof je ten prooi bent aan dingen waarvan je denkt dat ze in je innerlijk zitten, terwijl ook dat bewegingen zijn die door onze hersenen worden geproduceerd en die we zelf verzinnen. We weten niet of we een innerlijk hebben. Dat is een hologram, iets waarvan we denken te voelen dat het er is. Het ‘ik’ wordt daarom in de bundel geproblematiseerd. Er zitten autobiografische elementen in over afscheid van het perfecte, afscheid van de soliditeit van het ‘ik’. Toen ik jonger was voelde ik me meer één en zelf, nu val ik uit elkaar. Mijn lijf valt uit elkaar. Ik heb rimpels en brillen en andere applicaties. Mijn geest, mijn zelfgevoel, fragmenteert. Daar doe ik verslag van.”
 
Daarom komen verschillende personages aan bod.
“De verschillende personages in de bundel ben ík ook, dat is de fragmentatie. Ik kan me goed voorstellen hoe het is om een popster te zijn, of een burgermannetje die een afzuigkap uitzoekt in een keukenboer, of een vader, of iemand die afscheid moet nemen. Rollen. Het motto begint daarmee. In de film Donnie Darko vraagt Donnie aan Frank: “Waarom draag je dat stomme konijnenpak?” En dan zegt Frank: “Waarom draag je dat stomme mensenpak?” Het maakt mooi duidelijk dat iedereen maar een aangeklede aap is, dat iedereen een pop is met een bepaalde rol en een bepaald kostuum dat daarbij past. De wereld is een theater en de kunst is om je rol zo goed mogelijk te spelen. Je moet je bovendien in rollen kunnen verplaatsen, deelnemen aan het theater en het theater in stand houden. Dat is dan de zin van het bestaan: het theater draaiende houden, letterlijk. Zoals een draaimolen.”
 
Die draaimolen staat eigenlijk ook op het omslag. Het past goed bij de titel.
“‘Bewegend doel’ is tweeledig. Als kunstenaar heb ik een kwetsbare positie in de maatschappij. Over kunst wordt veel gezegd – onder meer dat het subsidieslurperij is – en het krijgt van veel de schuld op dit moment, wat gepaard gaat met rabiate bezuinigingen die doorgevoerd zijn zonder dat geluisterd is naar de expertise van het veld, wat in bijvoorbeeld een industriële context onbestaanbaar zou zijn. Zo zijn kunstenaars een doelwit geworden. Ons is kwaad aangedaan. Gelukkig bewegen we; kunstenaars zijn creatieve en slimme mensen. Ik ben Micha en ik ben een componist, een dirigent, een artistiek leider, ik ben een onderzoeker en een dichter. Omdat ik een wisselvallig persoon ben door mijn verschillende beroepen, heb ik verschillende focuspunten. Ik verschijn op meerdere plekken en ik maak verschillende dingen die niet altijd wat met elkaar te maken hebben. Dus ik heb een bewegend doel en ik ben een bewegend doel.”
 
Hoe kunnen bepaalde woorden u zo aanspreken dat u er een gedicht aan wijdt?
“‘Zoel’ en ‘zwoel’ vielen me op omdat ze eigenlijk hetzelfde betekenen, alleen de ‘w’ is weg. In de taal heb je rare paradoxen en coïncidenties. Je hebt guur weer en een onguur persoon, maar niet onguur weer en een gure persoon. Dat is typisch iets waar ik een gedicht over kan schrijven, over hoe dat in elkaar zit. De woorden kom ik tegen in bed, op de fiets, noem maar op. Ik heb een geest die vanzelf ideeën aanlevert. Al dertig jaar maak ik dingen, muziekstukken en wat later ook teksten. Aan ideeën ben ik gewend en als ik geen idee heb kan ik toch snel een idee verzinnen. De aanvoer van ideeën gaat de hele dag door. Af en toe vang ik met mijn vlindernetje daar iets uit en ga ik ermee aan de gang. En als zo’n idee niet goed is, flikker ik het weg. Van mijn gedichten heb ik niet meerdere versies en mijn aantekeningen gooi ik altijd weg, want ik vertrouw erop dat nieuwe ervaringen nieuwe gezichtspunten opleveren en nieuwe inhoud voortbrengen.”
 
Uw poëzie kent vele vormen, vaak uitbundige. Hoe komt dat?
“Ik probeer het spannend te maken voor iedereen. De pagina is van mij en ik wil het exuberant maken. En er is zo veel mogelijk, zoals dit soort lol.” Hamel wijst op de geschreven woorden op bladzijde 56. “Het bovenste handschrift is van mijn zoontje, het onderste is van mijzelf. Mijn zoon krijgt daar geld voor. In de bundel ‘Nu je het vraagt’ staat het handschrift van mijn andere zoon. Die hield er tien euro aan over: een maand zakgeld. En wat ik altijd probeer met gedichten is om zo duidelijk mogelijk te zeggen wat ik wil zeggen. Als je iets te zeggen hebt, moet je dat zeggen, je moet je niet verstoppen achter vage bewoordingen. De typografie helpt me daarbij, die maakt het beeldend, versterkt het klankbeeld.”
 
Wat betekent de bundel voor uzelf?
“Niks. Ik schrijf om ergens van af te zijn. Mijn hersenen leveren steeds van alles aan, als een fontein, en ik schrijf om de fontein leeg te krijgen. Als een bundel klaar is, ben ik er klaar mee. Ik ben blij dat ik er van af ben. Het moment dat ik de bundel inlever bij mijn uitgever, vind ik een opluchting. Ik houd ontzettend van maken; het prutsen met woorden achter de computer, het prutsen met nootjes op de piano. Dat vind ik heerlijk. Maar de gedichten lees ik nooit. Ik ben een slechte consument. Heel veel dingen die je krijgt, zoals wat je op televisie kunt zien, vind ik vervelend. Ik zorg dat mijn eigen leven leuk blijft door steeds nieuwe dingen te verzinnen. Daarom ben ik kunstenaar geworden. Ik maak maar door.”
Bewegend doel is een van de vijf genomineerde bundels voor de VSB Poëzieprijs 2014. Woensdag 29 januari wordt de winnaar bekend gemaakt en de prijs uitgereikt. Meer informatie over de prijs staat op de site van de VSB Poëzieprijs.
Sponsors
Gemeente Rotterdam
Nederlands Letterenfonds
Stichting Van Beuningen Peterich-fonds
Prins Bernhard cultuurfonds
Lira fonds
Partners
LantarenVenster – Verhalenhuis Belvédère